Even voor de goede orde: het gaat goed met pappa. Hij heeft zijn eigen bedrijf opgezet, hij kan zijn eigen tijd indelen en kan zelf bepalen welke klussen hij wel en welke hij niet doet. Wat echter blijft, is dat pappa nooit meer de oude pappa zal worden. Hij is onder andere sneller moe en afgeleid. Geeft niets, maar zie daar als kind maar mee om te gaan. Onze oudste kinderen hebben daar externe hulp bij gekregen, maar na een paar sessies worden ze weer op straat gezet. Voor kinderen met een zieke pappa of mamma is er geen (langdurige) hulp voorhanden in Nederland.We zetten ze met al hun vragen weer gewoon op straat. Om kinderen zoals die van ons te helpen, heb ik vanmorgen besloten dat ik bepaalde situaties ga beschrijven uit het oogpunt van het kind. Hieronder deel 1.
Sarah is een meisje. Een heel klein meisje. Sarah heeft ook
een broertje en een broer. Verder leven er bij Sarah nog een pappa en een mamma.
Vreemde vogels zijn ze. Leven een beetje geïsoleerd van alle andere mensen. Dat
komt omdat pappa soms een beetje raar is. Pappa is namelijk ziek geweest en
daardoor is pappa een beetje anders.
Pappa kan zich moeilijk concentreren. Maar soms is hij te
geconcentreerd. Als pappa zich niet kan concentreren kan het gebeuren dat hij
naar school gaat om zijn kinderen op te halen en dan vergeet hij er 1. Dan is
mamma altijd boos, want dan moet ze zelf weer snel naar het schoolplein om het
vergeten kind op te halen. Soms echter is pappa te geconcentreerd. Dan zit hij
vast in zijn hoofd. Gek is dat, want Sarah ziet hem dan gewoon op de bank
zitten. Maar pappa ziet dan niets. Je kunt het aan zijn ogen zien zegt mamma
altijd, maar Sarah ziet gewoon 2 blauwe ogen. Volwassenen zijn raar!
Broer is ook al een
vreemde vogel. Hij heeft ook last van storingen. Dat klopt. Daar weet Sarah
alles van. Sarah is dom volgens broer. Broer is zelf dom, want iedere keer als
hij zegt dat Sarah dom is en haar mond moet houden, stuurt mamma hem naar zijn
eigen kamer. Hij heeft dan straf. En hoe dom is het om telkens voor hetzelfde
straf te krijgen? Gister was hij ook dom. Maar toen kreeg Sarah op haar kop van
mamma. Dat mocht ze niet zeggen, maar het was wel zo.
Broer fietste ’s morgens naar school. Mamma was al lang aan
het werk en dus fietste pappa mee. En dat ging eigenlijk wel goed. Tot ze op
het schoolplein waren. Toen werd broer heel boos op pappa, want pappa was de
fietssleutels van broer vergeten. Broer kan de sleutels niet zelf meenemen. Hij
moet dan de sleutels in zijn broekzak doen, en dan raakt hij in paniek. Mamma
neemt dus altijd de sleutels mee, maar ja, die was er niet. Pappa had een
oplossing. Broer kreeg het slot van pappa. Maar volgens broer klopte dat niet.
En dus fietste hij zo weer terug naar huis! Terwijl de bel al was gegaan.
Oei-oei.
Gelukkig bracht pappa eerst mij en mijn kleine broertje naar
de klas. Daarna ging hij grote broer halen. Die kwam dus veel te laat op school,
en ze gaven elkaar de schuld. Pappa vond het de schuld van broer; broer vond
het de schuld van pappa. En dan is het tussen de middag echt niet gezellig hoor!
Gelukkig kwam mamma vroeg thuis en kon ze ons om 1 uur naar school brengen. Met
de sleutel van grote broer. Grote broer die zo in de war was, dat we bijna weer
te laat kwamen, want tussen de middag ging hij zijn hele ochtendritueel weer
herhalen.
Zijn gezicht wassen, zijn tanden poetsen, opnieuw gel in
zijn haar en deo onder zijn T-shirt. Pappa heeft dan blauwe ogen waar hij
echter niets meer mee ziet volgens mamma, en mamma raakt geïrriteerd, omdat ze
moe is. En omdat er nooit een einde aan komt. Dat vind Sarah nog het engste. Er
komt nooit een einde aan. Maar waaraan dan? Geen idee heeft Sarah. Gelukkig
komen er vanmiddag weer allemaal vriendjes spelen. Want dat is het voordeel.
Dat mag altijd van mamma. Iedere dag! En dan mogen we knutselen en met de klei
en koekjes bakken en piratenschepen bouwen in de tuin! Alle kindjes willen
graag komen spelen. Omdat het bij ons allemaal net iets anders gaat. 1 keer hadden kleine broer en zijn vriendje
zelfs een bouwkraan getimmerd van oud hout en spoelen van de naaimachine. Zo in
de tuintafel getimmerd! Mamma stond even stil te kijken naar dat bouwwerk in haar witte tafel. Gelukkig moest ze
toen heel erg lachen. Het gaat allemaal net een beetje anders bij ons.