In de jaren vijftig mocht je op de snelweg zo hard rijden als je wilde, maar als getrouwde vrouw een eigen bankrekening openen?
Dat was verboden.
Nog niet zo lang geleden hadden we een boel vreemde wetten en voorschriften.
Een hond voor een zwaar beladen wagen spannen?
Dat zouden we nu zielig vinden.
Tot in de jaren 60 mocht dat gewoon.
Het gebruik van trekhonden was rond 1900 heel normaal.
Melkhandelaren gebruikten honden, maar het leger en de PTT ook.
Een hond was goedkoper dan een paard en hij at minder.
Rond 1900 waren er nauwelijks regels.
Maar vanaf 1910 moest je een vergunning hebben om je trouwe viervoeter een wagen te laten trekken.
De dieren werden gekeurd om te beoordelen of ze wel tot vrachtvervoer in staat waren.
Ook karren werden gekeurd.
Ondanks deze regel was het voor honden bepaald geen pleziertje.
In 1911 werd daarom de anti-trekhondenbond opgericht door dierenliefhebbers.
Zij wilden dat de trekhond zou worden afgeschaft.
Dat lukte niet echt snel.
Pas een halve eeuw na de oprichting van de bond, in 1962, werd de inzet van trekhonden strafbaar.
Die waren toen al niet meer zo populair.
Er waren destijds in Nederland nog een tiental trekhonden in dienst.
In 1932 waren dat er nog 32.500.
