Een heerlijk boek om te lezen!
Laat je meenemen in de wereld van de dierentuindieren ...
Karina de Jong-Kamstra
ISBN 978-94-6015-028-9
dinsdag 30 november 2010
maandag 22 november 2010
Onverdoofd ritueel slachten
Er is nogal wat te doen over de rituele slachtingen zonder verdoving. Ik ben erg benieuwd hoe de dieren dit zelf ervaren en schreef aan vriendin Petra: “Ik ga zo iets gewaagds doen: kreeg beelden door van rituele slachting zonder verdoving. Eens kijken of ik kan achterhalen wat zulke schapen en koeien dan meemaken. Geen idee wat dit soort dieren ervan vindt. Nou, als je over drie uur nog niks van me gehoord hebt, ben ik gevloerd van ellende...”
Een uur later stuurde ik haar de volgende mail: “Aparte gewaarwording! Niets is wat het lijkt. Ieder schaap (tenminste, dit soort vlees/fokschapen) weet waarvoor het gebruikt wordt. Wat ik zag toen ik me op de schapen focuste was dat de mensen rondom hen geen banden met ze aangaan. Omdat ze weten dat deze dieren geslacht gaan worden. Daarom zijn mens en dier van elkaar geïsoleerd, gevoelsmatig, op betrokkenheidniveau.
Deze schapen weten dat ze zich moeten opofferen om tot zuiver offer te kunnen dienen. Ze zijn al uit hun lijf voor ze doodgemaakt worden, zag ik! Ze worden meteen opgevangen door allemaal lichtwezens die ze langs een soort van lange rij lichtwezens verder leiden.
De runderen is een iets ander verhaal. Dat gaat te langzaam, die dood.
Toen ik erover doorvroeg kreeg ik een verbaasde reactie, zo van: ‘Dat weet jij toch! Jij bent hier toch vaak!’
Wat ik begin te geloven (heb dat ook al eens uit een eerder beeld gehaald) is dat er een flink aantal lichtwezens 's nachts continu rond en in die slachthuizen aan het werk zijn om de dierenzielen die uit het lichaam zijn maar nog ronddolen daar, naar het licht te leiden. Het zou me dus niks verbazen als ik (mijn lichtwezen) daar ook regelmatig 's nachts aan het werk ben. Net als dat ik wel eens de indruk had nachtenlang bij eenzame paarden in stille stallen tot steun te zijn. Het voelde in elk geval heel vertrouwd en ik had ook een gevoel van 'handen uit de mouwen en aanpakken'. Veel werk te doen.
Dus: wat we zien zijn monsterlijke slachtingen en lichamen die nog natrekken.
Wat we niet zien is de enorme zorg rond die zielen.
Tijd is daar een ander gegeven. Kan ik niet goed definiëren, maar tijd in de zin van onze tijd is niet van belang.
Deze ervaring maakt weer dat ik heel anders ga kijken naar dingen... we zien zo beperkt! We kijken zo klein.
Nou, even verwerken. Dit is echt anders kijken!”
Een uur later stuurde ik haar de volgende mail: “Aparte gewaarwording! Niets is wat het lijkt. Ieder schaap (tenminste, dit soort vlees/fokschapen) weet waarvoor het gebruikt wordt. Wat ik zag toen ik me op de schapen focuste was dat de mensen rondom hen geen banden met ze aangaan. Omdat ze weten dat deze dieren geslacht gaan worden. Daarom zijn mens en dier van elkaar geïsoleerd, gevoelsmatig, op betrokkenheidniveau.
Deze schapen weten dat ze zich moeten opofferen om tot zuiver offer te kunnen dienen. Ze zijn al uit hun lijf voor ze doodgemaakt worden, zag ik! Ze worden meteen opgevangen door allemaal lichtwezens die ze langs een soort van lange rij lichtwezens verder leiden.
De runderen is een iets ander verhaal. Dat gaat te langzaam, die dood.
Toen ik erover doorvroeg kreeg ik een verbaasde reactie, zo van: ‘Dat weet jij toch! Jij bent hier toch vaak!’
Wat ik begin te geloven (heb dat ook al eens uit een eerder beeld gehaald) is dat er een flink aantal lichtwezens 's nachts continu rond en in die slachthuizen aan het werk zijn om de dierenzielen die uit het lichaam zijn maar nog ronddolen daar, naar het licht te leiden. Het zou me dus niks verbazen als ik (mijn lichtwezen) daar ook regelmatig 's nachts aan het werk ben. Net als dat ik wel eens de indruk had nachtenlang bij eenzame paarden in stille stallen tot steun te zijn. Het voelde in elk geval heel vertrouwd en ik had ook een gevoel van 'handen uit de mouwen en aanpakken'. Veel werk te doen.
Dus: wat we zien zijn monsterlijke slachtingen en lichamen die nog natrekken.
Wat we niet zien is de enorme zorg rond die zielen.
Tijd is daar een ander gegeven. Kan ik niet goed definiëren, maar tijd in de zin van onze tijd is niet van belang.
Deze ervaring maakt weer dat ik heel anders ga kijken naar dingen... we zien zo beperkt! We kijken zo klein.
Nou, even verwerken. Dit is echt anders kijken!”
donderdag 18 november 2010
De bruine beer in Alaska
Ik heb net de kodiakbeer uit de dierentuin gesproken en ga daarna naar deze beer.
Die vindt al vrij snel dat ik loop te zeuren en vraagt wat ik wil. Hij lijkt een run tegen de tijd te voeren en denkt, net als de kodiakbeer, alleen maar aan eten.
Hij vindt dat hij nog te weinig voedsel binnen heeft en wil een dikkere laag om de winter door te komen.
‘Lukt dat?’ vraag ik belangstellend.
‘Niet als jij loopt te drammen.’
Het is duidelijk, ik moet deze beer niet storen op dit moment.
Die vindt al vrij snel dat ik loop te zeuren en vraagt wat ik wil. Hij lijkt een run tegen de tijd te voeren en denkt, net als de kodiakbeer, alleen maar aan eten.
Hij vindt dat hij nog te weinig voedsel binnen heeft en wil een dikkere laag om de winter door te komen.
‘Lukt dat?’ vraag ik belangstellend.
‘Niet als jij loopt te drammen.’
Het is duidelijk, ik moet deze beer niet storen op dit moment.
zondag 14 november 2010
De aap uit de opvang
Het contact met dit dier past op geen van mijn blogs omdat het hier gaat om een aap die in de opvang zit. Geen echt dierentuindier dus, geen huisdier en geen vrij dier. Daarom een vermelding op alle drie de blogs omdat het toch raakvlakken heeft.
Als ik me voorstel aan dit dier, krijg ik onzekerheid door: ‘Ik ken je niet.’
Dat beaam ik en ik geef de aap alle tijd om mij te bekijken. Ik vind dat ik meteen open kaart moet spelen tegenover haar en vertel dat ik contact maak omdat zij gebruikt wordt als voorbeeld in verband met haar traumatische verleden. Mensen vinden haar collectief zielig.
‘Ik leef NU,’ is meteen haar reactie. ‘Zij leven in/met mijn verleden maar ik leef NU.’
Ze laat me ervaren dat ze met haar ervaringen van jaren in het nu leeft. Ze geeft door zich fragiel te voelen, gekwetst en gehandicapt, maar: ‘In het NU.’
Ze weet me duidelijk te maken dat ze, in tegenstelling tot mensen om haar heen, niét meer teruggaat naar het verleden. ‘Maar het heeft me wel gevormd. Met die ervaringen ben ik in het nu.’ Voor haar is er geen weg terug en ik voel dan ook geen enkele aandrang om het met haar over haar verleden te hebben.
De ervaring die ze me laat voelen, vind ik overweldigend en ik verzucht min of meer onbewust: ‘Hoe moet ik dit nu verwoorden op mijn blog?’
‘Verwoorden?!’ hoor ik meteen, ‘Wat een beperking!’ en ik weet direct wat ze bedoelt. Als je iets in woorden duidelijk probeert te maken, ‘vang’ je het. En vangen en gevangen zijn is nou net wat dit dier achter zich heeft gelaten.
Ze laat me voelen hoe vrolijk ze is en laat me nogmaals weten dat mensen vastzitten in haar verleden.
Omdat ik begrijp wat ze me duidelijk wil maken, word ik net als haar heel vrolijk. In mijn beeld trekt ze me naar zich toen en zo zitten we een tijd heel gemoedelijk tegen elkaar, onze energieën even één te laten zijn.
Ik laat haar in een beeld zien dat ze bij de opvang een hands-off beleid hebben. ‘Ze zijn gek,’ reageert ze nuchter. ‘Ze beperken zichzelf.’ Ik leg haar uit dat ze de getraumatiseerde dieren met hun negatieve menservaringen echt dier willen laten zijn. ‘Wij kunnen onderscheid maken,’ zegt ze. Ze weet donders goed wanneer iemand het goed of slecht met haar voor heeft. Nu laat ze wel even iets van haar verleden zien: de mensen die haar opgesloten hebben wisten niet beter of wisten zich geen raad met de situatie. Vanuit haar is er geen enkel verwijt. Het is een mildheid die ik vaker bemerk bij dieren.
Na dit gesprek met haar heb ik ontzettende pretogen en veel plezier. Zo’n dier toch! Laat zich niet vasthouden door het verleden! Als ik het in een beeld zou kunnen zetten, dan zie ik inderdaad een fragiel, gekwetst en op een bepaalde manier gehandicapt dier. Maar de weg voor haar ligt open. Het verleden loopt achter haar aan als continue factor maar het is op afstand. Het raakt haar niet en haalt haar niet in.
Noot: Wie Air Miles spaart kan ze overmaken naar St. AAP. Ze kunnen het daar goed gebruiken! Natuurlijk is het ook mogelijk om donateur te worden. Daar wordt de wereld een stukje mooier en blijer van …
Als ik me voorstel aan dit dier, krijg ik onzekerheid door: ‘Ik ken je niet.’
Dat beaam ik en ik geef de aap alle tijd om mij te bekijken. Ik vind dat ik meteen open kaart moet spelen tegenover haar en vertel dat ik contact maak omdat zij gebruikt wordt als voorbeeld in verband met haar traumatische verleden. Mensen vinden haar collectief zielig.
‘Ik leef NU,’ is meteen haar reactie. ‘Zij leven in/met mijn verleden maar ik leef NU.’
Ze laat me ervaren dat ze met haar ervaringen van jaren in het nu leeft. Ze geeft door zich fragiel te voelen, gekwetst en gehandicapt, maar: ‘In het NU.’
Ze weet me duidelijk te maken dat ze, in tegenstelling tot mensen om haar heen, niét meer teruggaat naar het verleden. ‘Maar het heeft me wel gevormd. Met die ervaringen ben ik in het nu.’ Voor haar is er geen weg terug en ik voel dan ook geen enkele aandrang om het met haar over haar verleden te hebben.
De ervaring die ze me laat voelen, vind ik overweldigend en ik verzucht min of meer onbewust: ‘Hoe moet ik dit nu verwoorden op mijn blog?’
‘Verwoorden?!’ hoor ik meteen, ‘Wat een beperking!’ en ik weet direct wat ze bedoelt. Als je iets in woorden duidelijk probeert te maken, ‘vang’ je het. En vangen en gevangen zijn is nou net wat dit dier achter zich heeft gelaten.
Ze laat me voelen hoe vrolijk ze is en laat me nogmaals weten dat mensen vastzitten in haar verleden.
Omdat ik begrijp wat ze me duidelijk wil maken, word ik net als haar heel vrolijk. In mijn beeld trekt ze me naar zich toen en zo zitten we een tijd heel gemoedelijk tegen elkaar, onze energieën even één te laten zijn.
Ik laat haar in een beeld zien dat ze bij de opvang een hands-off beleid hebben. ‘Ze zijn gek,’ reageert ze nuchter. ‘Ze beperken zichzelf.’ Ik leg haar uit dat ze de getraumatiseerde dieren met hun negatieve menservaringen echt dier willen laten zijn. ‘Wij kunnen onderscheid maken,’ zegt ze. Ze weet donders goed wanneer iemand het goed of slecht met haar voor heeft. Nu laat ze wel even iets van haar verleden zien: de mensen die haar opgesloten hebben wisten niet beter of wisten zich geen raad met de situatie. Vanuit haar is er geen enkel verwijt. Het is een mildheid die ik vaker bemerk bij dieren.
Na dit gesprek met haar heb ik ontzettende pretogen en veel plezier. Zo’n dier toch! Laat zich niet vasthouden door het verleden! Als ik het in een beeld zou kunnen zetten, dan zie ik inderdaad een fragiel, gekwetst en op een bepaalde manier gehandicapt dier. Maar de weg voor haar ligt open. Het verleden loopt achter haar aan als continue factor maar het is op afstand. Het raakt haar niet en haalt haar niet in.
Noot: Wie Air Miles spaart kan ze overmaken naar St. AAP. Ze kunnen het daar goed gebruiken! Natuurlijk is het ook mogelijk om donateur te worden. Daar wordt de wereld een stukje mooier en blijer van …
dinsdag 9 november 2010
De mestpieren
Permacultuurdeskundige Helma Röell heeft een compostbak met mestpieren. Weer een leuke uitdaging voor mij.
Ik krijg meteen door dat ze aan het werk zijn en liever niet gestoord willen worden. Het verbaast me dat ik het woord ‘werk’ doorkrijg en vraag daarop door.
‘Wij weten heel goed wat we moeten doen.’
Ik heb helemaal geen achtergrondkennis van dieren waarmee ik contact zoek dus vraag ik wat het is dat zij moeten doen.
‘De grond(stoffen) omzetten.’ Daarbij geven ze het beeld van eten-uitscheiding-eten-uitscheiding. Het doet me denken aan de pissebedden die het erover hadden dat ze alleen maar eten en poepen en daar zo’n plezier in hebben.
Deze mestpieren laten zien dat zij de grond bewerken en regenwormen de grond omwoelen.
Elke beweging binnen de composthoop is onrust voor ze. Ze doen hun werk het liefst in stilte en rust. ‘De beweging is aan ons, niet aan de omgeving.’
Ik vertel dat Helma erg blij is met ze. De pieren laten overduidelijk voelen dat Helma het blij zijn met hen maar moet doen zonder dat zij er last van hebben. Een duidelijk geval van een niet wederzijdse relatie …
Het begrip ’blij zijn met’ komt sowieso niet binnen bij ze: ‘Het is onze taak.’ Hierin zijn ze heel plichtsgetrouw. Het is wat ze hebben te doen en waarom ze er zijn. No more.
Ik vertel de pieren nog even dat er een workshop Wormencompostbak maken aan zit te komen en dat de deelnemers dan een zakje wormen meekrijgen. Hoe zouden ze vervoerd willen worden?
Dat is duidelijk: in het donker met zo min mogelijk beweging van buitenaf.
En nu vinden ze dat het gesprek ook wel lang genoeg geduurd heeft. Ze geven duidelijk aan weer alleen/met rust gelaten te willen worden.
Ik krijg meteen door dat ze aan het werk zijn en liever niet gestoord willen worden. Het verbaast me dat ik het woord ‘werk’ doorkrijg en vraag daarop door.
‘Wij weten heel goed wat we moeten doen.’
Ik heb helemaal geen achtergrondkennis van dieren waarmee ik contact zoek dus vraag ik wat het is dat zij moeten doen.
‘De grond(stoffen) omzetten.’ Daarbij geven ze het beeld van eten-uitscheiding-eten-uitscheiding. Het doet me denken aan de pissebedden die het erover hadden dat ze alleen maar eten en poepen en daar zo’n plezier in hebben.
Deze mestpieren laten zien dat zij de grond bewerken en regenwormen de grond omwoelen.
Elke beweging binnen de composthoop is onrust voor ze. Ze doen hun werk het liefst in stilte en rust. ‘De beweging is aan ons, niet aan de omgeving.’
Ik vertel dat Helma erg blij is met ze. De pieren laten overduidelijk voelen dat Helma het blij zijn met hen maar moet doen zonder dat zij er last van hebben. Een duidelijk geval van een niet wederzijdse relatie …
Het begrip ’blij zijn met’ komt sowieso niet binnen bij ze: ‘Het is onze taak.’ Hierin zijn ze heel plichtsgetrouw. Het is wat ze hebben te doen en waarom ze er zijn. No more.
Ik vertel de pieren nog even dat er een workshop Wormencompostbak maken aan zit te komen en dat de deelnemers dan een zakje wormen meekrijgen. Hoe zouden ze vervoerd willen worden?
Dat is duidelijk: in het donker met zo min mogelijk beweging van buitenaf.
En nu vinden ze dat het gesprek ook wel lang genoeg geduurd heeft. Ze geven duidelijk aan weer alleen/met rust gelaten te willen worden.
Abonneren op:
Posts (Atom)