den otto

Het is weer donderdag. En het moet gezegd worden, die donderdagen...ne mens zou al wat schrik krijgen om iets tegen te komen om hier te kunnen verspreiden.

Dus ge peist bijuzelve: ik ga werken. Meestal is't daar een saaie bedoeningk. En kunt ge op uw gemak bekommen van al dat donderdags geweld.
Uiteraard waart ge wat te laat opgestaan enzo dus dacht ge: ik pak den otto voor naar't station te gaan, op en al 7 km maar in haast en spoed is ne velo nemen aan Zulma's tempo nooit goed.

Ge zit dus in den otto. En op de brug (ik had al 2/3 afgelegd van de 7km) begint het rood lampeke te branden. Ge weet wel, links onderaan. Allez, bij mij toch. Se daar krijgt ge het van hé. Wilfried (uwe wederhelft) diene laat het tanken altijd aan u over. Diene vergeet dat dan nog is te zeggen en gij begint half te flippen vanaf dat ge dat rood lampeke ziet. Maar bon. Hij had ne keer gezegd: met een rood lampeke kunde nog zeker 30 km doen (en wie snel rekent en telt, weet dat ge zoveel km niet meer moet afleggen) dus...


Komde toe aan't station, gaat ge gaan werken, niets speciaals gebeurd (uiteraard niet) en stapt ge terug in uwe otto om terug naar huis te rijden. En eerste te tanken hé. Want ja, uwe Wilfried...Zucht.  
Aan een slakkengangetje. Ge kunt maar niet optrekken. Niet dat dat anders met uwvoituur zo gemakkelijk is, maar kreegt ge maar max 30 uit diene otto. Gelukkig is't eerste stuk in de bebouwde kom, was't druk en viel dat niet op. Maar de brug terug over, aan nog geen 30... Fietsers staken u voorbij, andere auto's toeterden,ne caamion die in uw gat reed (allez of toch bleef hangen) en gij, die maar op gaspedaal drukt. Keihard. Ge stond er bijna op. Niet gaan, hé.
Allemaal door dat rood lamepeke hé. Grr, Wilfried! Ge kunt u inbeelden hoe opgesmeten ge aan het tankstation kwam. Om met volle geweld uit te stappen, uw deur te willen toesmijten en ne appelsien onder uwe gaspedaal te zien. ingedrukt. Keihard ingedrukt.


Ge hebt er vaneigenst niets van gezegd tegen Wilfried. Dat ziede van hier. 
ik hoop u hetzelfde
Z.A. Van Elders